
Wat zegt de bijbel erover?
Welkom op 'BijbelsFundament'
Er zijn zoveel verschillende meningen en gedachten over zoveel bijbelse onderwerpen.
Helaas hebben veel christenen geen fundament voor wat ze geloven.
Als je zoekt; vraag God om leiding en hij zal het geven, als je je vertrouwen op God stelt.
1 Thessalonicensen 5:24
Hij die u roept, is getrouw, Die het ook doen zal.
Wat is het fundament?
Het woord van God: de bijbel!
Op deze website vindt u uitleg door bijbelteksten bij de onderwerpen, zodat u ze zelf kunt onderzoeken.
Nog beter is deze website te vergeten en de bijbel nu te pakken :)
Jesaja 43:18,19
Gedenkt der vorige dingen niet, en overlegt de oude dingen niet. Ziet, Ik zal wat nieuws maken, nu zal het uitspruiten, zult gijlieden dat niet weten? Ja, Ik zal in de woestijn een weg leggen, en rivieren in de wildernis.
Jesaja 43:27
Uw eerste vader heeft gezondigd, en uw uitleggers hebben tegen Mij overtreden.
Johannes 5:39
Onderzoekt de Schiften; want gij meent in dezelve het eeuwige leven te hebben; en die zijn het, die van Mij getuigen.
Handelingen 5:29
Maar Petrus en de apostelen antwoordden, en zeiden: Men moet Gode meer gehoorzaan zijn dan mensen.
Handeligen 17:11
En dezen waren edeler, dan die te Thessalonica waren, als die het woord ontvingen met alle toegenegenheid, onderzoekende dagelijksde Schriften, of deze dingen alzo waren.
Romeinen: 12:2
En wordt dezer wereld niet gelijkvormig, maar wordt veranderd door de vernieuwing uws gemoeds, dopdat gij moogt beproeven welke de goede en welbehagende en volmaakte wil van God is.
Galaten 3:1
O gij uitzinnige Galaten, wie heeft u betoverd, dat gij der waarheid niet gehoorzaam zijn; denwelken Jezus Christus voor de ogen te voren geschildert is geweest, onder u gekruist zijnde?
1 Thessalonicensen 5:21
Beproeft alle dingen, behoudt het goede.
1 Johannes 4:1
GELIEFDEN, gelooft niet een iegelijken geest, maar beproeft de geesten of zij uit God zijn; want vele valse profeten zijn uitgegaan in de wereld.
1 Johannes 5:9-13
Indien wij de getuigenis der mensen aannemen, de getuigenis van God is meerder; want dit is de getuigenis van God, welke hij van Zijn Zoon getuigd heeft. Die in den Zoon van God gelooft, heeft de getuigenis in zichzelven; die God niet geloofd, heeft hem tot een leugenaar gemaakt, dewijl hij niet geloofd heeft de getuigenis, die God getuigd heeft van Zijn Zoon. En dit is de getuigenis, namelijk dat ons God het eeuwige leven gegeven heeft; en ditzelve leven is in Zijn Zoon. Die den Zoon heeft, die heeft het leven; die de Zoon van God niet heeft, die heeft het leven niet. Deze dingen heb ik u geschreve, die gelooft in den Naam des Zoons van God; Opdat gij weet, dat gij het eeuwige leven hebt, en opdat gij gelooft in den Naam des Zoons van God.